Iris werkt 13 jaar bij Koraal locatie De Hondsberg. Op dit moment als trainer in preventie van en omgang met dreigend en/of destructief gedrag. En als medewerker van de ondersteunende dienst. Dit betekent dat ze niet verbonden is aan een vaste leefgroep of aan een team, maar als ‘vliegende kiep’ wordt ingezet. Het betekent ook dat Iris in deze hectische tijden van corona soms voor creatieve uitdagingen komt te staan.
“Woensdag 10:30 uur. Ik zie dat ik een gemiste oproep en een berichtje van mijn leidinggevende heb: ‘Kun je mij even snel terugbellen?’ Omdat er veel collega’s ziek en in quarantaine zijn, weet ik dat personeelstekort op de loer ligt. Met een kop koffie in mijn hand bel ik terug. Op een leefgroep is een 8-jarige jongen positief getest op corona en in isolatie geplaatst in een afzonderlijke ruimte. De COVID-dienst heeft zich net ziek gemeld. “Iris, kun jij 24-uurs COVID dienst werken? Dan begin je om 13:00 uur tot de volgende dag 13:00 uur, inclusief slapen.” Mijn antwoord: “Ja, hoor!”
“Jayce, de cliënt in kwestie ken ik niet echt goed. Ik werk tenslotte niet op zijn leefgroep. In 30 minuten praten collega’s me bij. Ik zie een doos met spelletjes, wat speelgoed en een iPad. Op dat moment bedenk ik mijn creativiteit de komende 24 uur op de proef gesteld zal worden. Voordat ik alle persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM’s) aantrek, begroet ik Jayce nog even met een brede glimlach. Die kan hij de komende 24 uur namelijk niet meer zien, omdat ik een mondneusmasker moet dragen.”
“Zullen we een hut bouwen?” Er komt een twinkel in de grote blauwe ogen van Jayce. De tafel gaat ondersteboven. We grijpen naar de hoeslakens, de dekens en pakken een stoel. Aan de slag! De hut wordt omgetoverd tot politiecel en ik ben de boef… ik frommel mezelf in de hut en oh… wat heb ik het warm! Politieagent Jayce vraagt waar ik het goud heb gelaten. “Dat heb ik verstopt”, zeg ik. “En jij zult het nooit vinden!” Voor even voel ik me weer helemaal kind. Wat heerlijk!”
“Jayce en ik. We hebben er in die 24 uur het beste van gemaakt. En volgens mij is dat prima gelukt. Aan het einde van mijn dienst zeg ik nog: “Ik ben trots op je. Bedankt voor alle gezelligheid!” Jayce kruipt terug in de hut. En ik hoor hem nog net zeggen: “Die gekke Iris!”. Moe, maar voldaan ga ik naar huis. Wat ben ik toch dol op mijn werk!”